Linda Noordhuis werkt als artist-in-residence voor Museum Tromp’s Huys in atelierwoning Studio Betzy. Voor de rubriek Kijk Mijn Kunstwerk interviewt ze Vlielanders – en Vlielandgasten – over het verhaal achter hun favoriete werk. Het kunstwerk kan van alles zijn: een foto, een schilderij, beeld of sieraad. Fotograaf Klaas Huizenga maakt portretten van de geïnterviewden en het werk. Het project zal in de zomer van 2020 worden afgesloten met een expositie in Museum Tromp’s Huys.
Ook uw verhaal delen? Neem contact op via info@lindanoordhuis.nl
“Hans was erg in trek bij vrouwen dus ik dacht: daar moet ik maar niks mee hebben. Ik ontmoette hem in het kindertehuis in Zandbergen waar ik werkte; ik had de opleiding kinderbescherming gedaan en Hans deed een opleiding voor handenarbeidleraar. Met deze Hollander kwam ik uiteindelijk toch aan bij mijn boerenfamilie in Drenthe. Ze zetten er hun vraagtekens bij, maar ik zei: ‘Ik zal me bij hem nooit vervelen.’ Ik was een degelijk meisje en hij een losbol. Hij had geen rooie cent, alles weggegeven en leuke dingen gedaan. Als ik gespaard had, dan kwam Hans met zó’n boeket bloemen voor mij.
“Mijn biologische moeder heeft een koffer gepakt en is hem gesmeerd. Toen ik een half en mijn zusje anderhalf jaar oud was, heeft ze ons gewoon thuis achtergelaten. Ik weet niet waarom ze dat gedaan heeft. Als de geschiedenis verder gaat, dan denk ik dat het een soort gewoonte van haar was. Het heeft met mijn opgroeien te maken, dat ik een beetje wantrouwig ben. Ik ben nogal een afstandelijk type, vind het niet zo nodig dat iedereen alles van mij weet.”
“Mijn schoonmoeder zei: ‘Je moet eens naar Vlieland gaan. Daar kom je echt helemaal tot rust.’ Helga en ik bespraken Hotel Geertsen en genoten volop. Het was steenkoud, er waren ijsschotsen op het Wad; we wandelden op het bevroren strand en in Bomenland. Daar hebben we besloten om weg te gaan uit Goes – waar ik werkte in de huisartsenpraktijk – en een heel nieuw leven te beginnen.” Mevrouw Geertsen gaf aan dat ze graag zo’n dokter als dokter Deen zou willen hebben en attendeerde hem op de vacature voor huisarts op Vlieland. “We moesten binnen drie weken beginnen en Helga – die verpleegkundige was – en ik hebben hier nog nooit een dag zonder plezier gewerkt.”
Ik heb toen in Erfurt stil uit het raam gekeken; de kinderen liepen er allemaal langs en ik wist ik dat ik ze voor het laatst zag. De vriendin die bovenin een kazerneachtig huis woonde, waar het altijd naar leer rook omdat haar moeder lederhosen naaide. Als ze een pas gemaakte broek had, dan ging ze op straat zitten of in de tuin en ik moest haar aan haar handen door de drek trekken zodat de kont lekker vuil werd: niets is erger dan nieuwe lederhosen
“Ik ben Rinske, geboren op Vlie – land. Hier opgegroeid en ik heb de wereld verkend met mijn zus en anderhalf jaar op het vaste – land gewoond. Het eiland blijft roepen om weer terug te komen, Vlieland is mijn thuis.” Rinske Meijer is de derde generatie op Vlieland: kleindochter van Henny Kuipers-Katoen en dochter van Renneke Meijer-Kuipers.
Carien van Boxtel uit Zaltbommel schrijft dit bericht over het bezoek aan haar ouders, die in geest voor altijd op Vlieland zijn; bij dit eiland is hun as uitgestrooid. Op haar Instagramaccount @Carienspolaroids staat de bijgaande foto, waarop ze door de bloeiende heide loopt in wat haar moeder liefdevol ‘het mooie valleitje’ noemde. Als kind ontstond haar liefde voor het landschap van Vlieland, ze is ‘badgast sinds 1970’. Haar advocatentoga hing ze in de wilgen om haar passie te volgen; ze werd tuinontwerper en ontwierp de tuin van Museum Tromp’s Huys,
”Ik ben uitgegaan van een bepaalde filosofie dat sommige halletjes
– en hier heb je ook veel achterommetjes – dat het daar
niet zo welkom is, want er hangen vaak druipende paraplu’s,
natte kleding, staan schoenen en klompen, wandelstokken en
een hondenmand. Dat is dan niet het gezelligste plekje van het
huis. Ik wil blij binnenkomen.”
“Trudy Vogel en ik maken elk jaar een gedicht over wat er op Vlieland voorgeval – len is en dat lezen we voor in De Bolder. Dat is onze kunst.” Nel Cupido-Kooijman – beter bekend als Opoe Nel – vertelt dit achterin inbreng – winkel de Drumbandschuur, waar ze elke zaterdag van 13.00 tot 15.30 uur werkt. Ze verkoopt dingen van mensen die ze vaak gekend heeft, maar soms ook niet: “Als je het mooi vindt dan is dat ook niet erg om niet te weten.”